Krabi + Koh Pha Ngan + Bangkok + Chiang Mai + Andrea!

Om 05.00 vertrokken we, en om 14.00 kwamen we aan in het prachtige Krabi. In de bus leerden we Chris de Amerikaan, Alexander de Germaan en Taka de Japanner kennen. Chris was in het bezit van een flesje met enorm smerige groene thee. Ik besloot dat we met z'n zessen het flipperkastspel (zip-boink-bounce) gingen doen. In plaats van een shotje moest je een slok van de kotsthee nemen. Het was een misselijkmakende, maar geweldige busreis.

In Krabi vonden we al snel een kamer. In verband met kostenbesparing sliep ik samen met Chris en Taka in 1 tweepersoonsbed. Met de groep van 6 besloten we deze dag te vieren, en we namen een bus naar het strand van Krabi. Aldaar kochten we wat rum, limoen en ginger ale.
Met een cocktail in de hand en ons halve lichaam in de zee, keken we naar de prachtige zonsondergang. Toen we terug bij ons hotel waren ontdekten we een markt. Hier kochten Chris en ik een zakje vol gedroogde en gebakken insecten zoals sprinkhanen, meelwormen en larven.

De ochtend erop huurden we 6 motoren. Hiermee bezochten we natuurlijk-verwarmde baden. Dit was een heerlijke ervaring. Ik heb al vaker van zo'n natuurlijke bron genoten, maar niet na een natte motorrit van 1,5 uur.

Toen we genoeg hadden van deze plek bezochten we een groot natuurlijk zwembad, waarin we spelletjes deden met een bal die ik eerder die dag gekocht had. Het bekiezelde pad van 1 km bewandelde ik op blote voeten. De schoonheid van de natuur was genoeg om de pijn te vergeten. Als laatste bezochten we de ‘Blue Pool'. Bij aankomst gooide ik mijn bal erin om te kijken wie er als eerste in sprong. Niet veel later zag ik een bord met ‘verboden te zwemmen'. We hebben de bal achter moeten laten.

Die avond kon ik mijn spanning niet meer weerhouden. Na het zoveelste veel te lieve mailtje van Andrea besloot ik de dag erna met haar af te spreken op Koh Tao, het eiland ten noorden van Koh Pha Ngan.

En daar zat ik, verliefd op een boot, iedere 10 minuten schrijvend dat het 10 minuten minder lang duurde voordat ik haar weer zag. Jazeker, ik had het flink te pakken. Na een reis van 10 uur per boot en bus zag ik haar staan, op mij wachtend bij de pier. Na die avond heerlijk gedanst te hebben op het strand besloten we de dag erna samen met haar 2 Argentijnse vriendinnen naar Koh Pha Ngan te gaan.

Bij aankomst leerden we 2 Zwitserse dames van ca. 50 jaar oud kennen. Ze vertelde ons dat ze wegens omstandigheden 1 tweepersoonskamer over hadden voor 4 dagen. Deze konden wij overnemen voor 20 euro. Het was een geweldig luxe kamer met warm water, een eigen balkon en airco. Toen we naar het strand liepen ondekten we dat er ook nog een mooi zwembad bij het hotel zat. Op het strand zag ik een jongen het water in rennen. Ik had het vermoeden dat ik hem eerder gezien had. Het was Chris, de Amerikaan die ik in Krabi had leren kennen. Samen met Alex de Germaan en nog een andere Germaan huurde hij een strandbungalow. Hij vertelde mij dat er die avond een Pre-Full Moon Party was, die schijnbaar wilder is dan het officiele feest zelf. Ik haalde mijn Argentijnse vriendinnen over en we maakten er een eeeenorm bonte avond van.

In de taxi Bij aankomst op het feest hadden we gezamelijk 1 fles ‘Black Cock' in onze nek zitten. We kwamen terecht op een groot strandfeest met ca. 1000 backpackers. Er was 1 tent met populaire sukkelmuziek, 1 tent met matige houseclassics en 1 tent met snoeiharde techno. Bij de laatste tent ben ik uiteraard gebleven, en ik werd daar herenigd met 2 Franse maten die ik in Gili's had leren kennen. Na wat rondgelopen te hebben werd ik ineens opgetild met luid gejuich. Het was Ernesto de Argentijn. Hij was samen met zijn 9 Argentijnse maten uit India vertrokken om te feesten op dit eiland.

Al meerdere dagen droeg ik spullen met mij mee die verbrand moesten worden. Het waren:

- 1 licht ontvlambare muggenspray die niet langer dan 10 minuten werkte, uit China

- 1 tube zoute tandpasta

- 1 Lonely Planet van Indonesie, vanwege het hoge gehalte aan valse informatie

Deze objecten werden met veel plezier ritueel verbrand. Het was een wilde avond. In de morgen zagen we een prachtige zonsopgang. En toen het vloed werd spoelden er allerlei slippers aan, zodat ik voor Andrea en mij een extra paar kon vormen. Om 09.30 waren we terug bij ons hotel.

Tot ca. 16.00 onze roes uitgeslapen. We aten wat en spraken met de Amerikaan en de Germanen af om wat te drinken. Dit was de avond waarnaar ik 2 weken had uitgekeken. Ik had een verrassing in petto voor de feestgangers. In Makassar, Indonesie, had ik 20 feesttoeters gekocht. Ook had ik een bellenblaaspotje bij. De taxi arriveerde. De dames hadden zitplaatsen in de pick-up, de rest mocht achterin de laadbak. Hier dronken we, luidtoeterend naar politie en andere feestgangers, onze fles vodka op. Op het feest waren zo'n 4000 man aanwezig. Ze werden in grote proporties van het strand gedragen met brandwonden, glas in hun voeten of alcoholvergiftiging.

Ineens hoorde ik iets. Ik kon het haast niet geloven. Naast de technotent had zich een drum 'n bass tent gevestigd. Ik sprak met iedereen af dat wanneer iemand mij kwijt was, je mij hier kon vinden. De groep viel rustig aan, evenals de dag ervoor, uit elkaar. We hadden inmiddels een grote groep vrienden gemaakt uit Argentinie, Chili, Engeland en de VS. Er moesten 2 flessen rum doorheen die avond, en dat lukte. Iets laten werd ik lastig gevallen door de vriend van Alex, de Germaan. Hij vond dat ik schuldig was dat wij hem kwijt waren geraakt. Ik zei dat hij met zijn Germaanse vriend mee was, dus dat zijn maat verantwoordelijk moest zijn, niet ik. Hier was hij het niet mee eens, en na mij wat uitgescholden te hebben liep hij weg. Een uur laten vroeg hij of hij de taxi met mij kon delen. Opnieuw verdween hij uit mijn ogen, en sindsdien heb ik de man nooit meer gezien.

Tijdens zonsopgang kreeg ik Andrea zover om na de schuimparty mee te gaan zwemmen in de zee. Naast ons stond een feestganger wild met zijn penis te zwaaien. Hier had ik geen boodschap aan. Andrea en ik hadden enorm veel plezier. Om 10.00 namen we de taxi naar het hotel. De dames vielen in slaap, en ik raakte aan de praat met 2 Australische en 1 Engelse jongen. Ze hadden alledrie MDMA gebruikt, en ze hadden veel energie en interesse in alles. Toen ze uit de taxi stapten, kwam er een man van 70 jaar voor in de plaats terug. Ik vroeg hem waar hij naartoe ging, en niet veel laten vertelde hij mij dat hij een jaar geleden zijn vrouw had verloren. Als afleiding besloot hij te gaan reizen. Door dit schokkende verhaal vergat ik mijn fles rum uit de taxi mee te nemen. We kwamen bij het hotel aan en aten een lekker ontbijtje. Ik nam nog een duik in het zwembad en viel rond 11.30 in een 10-uur durende coma.

De tijd op Koh Phangan was nog niet voorbij. Vanuit de baai Had Salad vertrokken naar een ander strand op het eiland. Chaloklum was de volgende bestemming, en dit was een vieze tegenvaller. Hotel, eten en vervoer was slechter en duurder. Ons bed was gemaakt van schimmel, en het trok 's nachts kakkerlakken en ander ongedierte aan. We vertrokken de dag erna naar een ander strand, Had Rin, het strand waar de grootste feesten worden gehouden. Hier vonden we een leuke kamer, en diezelfde avond was er een after-after-after-Full Moon Party. Dit werd gevierd door zo'n 150 backpackers. We hebben Koh Pha Ngan compleet uitgewrongen. We hadden geen energie meer..

We vertrokken naar Bangkok, waar de grootste markt van Thailand op ons wachtte. De reis duurde 12 uur. Bij aankomst om 04.00 waren de eerste 15 hotels vol, dus we liepen voor niets 1,5 uur met onze backpacks rond. Toen we om 06.00 eindelijk een plek gevonden hadden vielen we direct in slaap. 4 uur later stonden we weer op om wat te eten en tot in de late uurtjes over de markten van Bangkok te wandelen. Met meerdere tassen vol koopjes gingen we terug naar het hotel.

De 4 dagen in Bangkok vlogen voorbij. Niet omdat we veel plezier hadden, maar omdat de combinatie van smog, drukte en warmte je snel moe maakt. De hoogtepunten en dingen die me opvielen in Bangkok:

- De night market. Nog nooit zo'n grote markt gezien. De prijzen waren hoog voor Thailand, maar vergeleken met Nederland is alles goedkoop. Aldaar kocht ik veel teveel kerstcadeaus, waardoor ik geen andere keuze had dan het in een postpakket naar huis te sturen.

- Tegenover ons hotel stond een jeep, omgebouwd tot gypsy-jazz cafe. Het was een leuke spot om mensen te leren kennen, maar de eigenaar kon niet met zijn poten van de vrouwelijke bezoekers afblijven.

- De grote hoeveelheid ladyboys

- Een artiest die fungeerde als eenmansband met o.a. een gitaar en mondharmonica

- De gigantische torens Heineken die we bestelden

- Het goedkope eten rondom Chinatown

- De verkopers die slecht waren in onderhandelen, snel boos werden en soms zelfs agressief. Andrea werd zelfs uitgescholden en geduwd door een van de verkoopsters.

- Onze veel te kleine kamer. Het pad naar de badkamer was geblokkeerd als we onze tassen niet op het bed legden.

In de bekende marktstraat Khao San Road stonden dj's met hun tafel en een koelkast. Hun doel was mensen aan te trekken. Weinig gingen erop in, maar Kristel, Yamila, Andrea en ik waren wel in voor een dansje. We gooiden er wat bier tegenaan en daar gingen we weer. De eerste club die we bezochten was mooi, maar de muziek was kut. De DJ gaf ieder nummer een intro van 2 minuten met de standaard dance-fills, en de outro was eveneens kak. Ik wilde er snel weg. De volgende club was ook mooi, maar onze entree was minder. We werden weggestuurd omdat we bier meenamen. Buiten dronken we het bier op en leerden we 1 Duitser, 2 Zwitsers en 1 Pool kennen. Toen het bier op was gingen we weer naar binnen. Omdat we niet direct iets bestelden, maar even wachtten op onze vrienden, begon het personeel tegen mij en Andrea te schreeuwen. We besloten ergens anders heen te lopen, maar ze kwamen ons overal achterna. De muziek was bagger, drank was duur en personeel onaardig. De avond was gesloopt.

De morgen begon 3 uur later dan onze bedtijd. Hierdoor waren we allemaal brak. We hadden geen tijd voor ontbijt, want de dag des onheils was aangebroken. Andrea vertrok terug naar Buenos Aires. Gezamelijk trokken we naar het vliegveld om een emotioneel afscheid te realiseren. Het was een sombere dag.

Yamila en Kristel stelden voor om nog een paar dagen samen verder te reizen, om over het verlies heen te komen. Dit was een zeer verstandige keuze. Ik heb me niet verveeld en heb me niet overgegeven aan alcohol+sigaretten. Ik ben trots op wat er gebeurd is, en tevreden dat ik dit ooit heb mee mogen maken. In mijn ogen is ze een dame van perfectie, en ik zal nooit spijt hebben van de dingen die ik niet heb gedaan. Wie weet ligt er een toekomst voor ons in het heden. Tot die tijd blijven we beide realistisch en genieten we van onze herinneringen.

De dag na het afscheid vertrok ik met mijn Argentijnse gezelschap met een 15-uur durende trein naar Chiang Mai. Inmiddels was mijn visum al 1 dag verlopen, en de boete is zo'n 12 euro per dag. Ik haaste me naar de immigratiedienst om nog snel een verlenging aan te vragen, en voor een zure 60 euro kreeg ik 7 dagen extra in Thailand. Hiervan benut ik er slechts 3.

De volgende dag stond ik tijdig op om mijn postpakket naar huis te sturen. Ook dit was een tegenvaller. In plaats van de verwachtte 4kg, woog mijn pakket 9kg. Ook moest ik kiezen tussen 1-2 weken of 3-4 weken. Omdat het pakket met Kerst in Maarheeze moet zijn koos ik voor de snelste verzending. Dit kostte me 90 euro.

Van de kosten die ik afgelopen 2 dagen gemaakt heb zou ik een maand accomodatie kunnen betalen. Vanmorgen heb ik een Thaise kookles gehad. Leerzaam en leuk, maar niet professioneel. Het prikkelde me om weer op hoog niveau te koken.

Mijn open liefdeswond heeft een korst kunnen ontwikkelen, en hierdoor heb ik besloten morgenvroeg naar Laos te vertrekken om weer alleen verder te reizen..

Kuala Lumpur en Penang - Georgetown

Na mijn vertrek uit Indonesie moest ik even wennen aan de rest van de wereld. Maleisie, een prachtig land met aardige bevolking, kon niet tippen aan het geluk dat ik had gevonden in Indonesie. Het lijkt veel op elkaar, maar Maleisie is wat meer uitgebuit door toerisme (op Bali na). De taal is hetzelfde, maar de uitspraak anders.

Na een brakke nachtrust kwam ik aan in Kuala Lumpur. Ik zocht Chinatown op, omdat het bekend staat om goedkope hostels en cheap voedsel. Mijn accomodatie kostte ca. 4 Euro. Ik maakte al snel vrienden met een Argentijnse jongeman, de minst sympathieke die ik tot nu toe heb leren kennen. Hij kon niet stoppen met opscheppen over zijn zus. Hij vertelde trots dat hij haar wel zou doen als het niet zijn zus was.

De morgen erop besloot ik dat de jongen zijn verhalen mocht sparen voor een nieuwe vrijwilliger, en ik vertrok naar het busstation. Daar zag ik de zoveelste man met een handicap. Hij was gelukkig en heeft geleerd te leven en werken met zijn handicap. Ik voelde me eventjes minder goed, want de man zou nooit de kansen krijgen die ik krijg. Dit kon ik al snel relativeren, en ik besefte me dat ik erg blij was met mijn gezondheid.

Ik nam de bus naar Butterworth, maar bleef stiekem tot aan Georgetown in de bus zitten. Hiermee bespaarde ik een kleine duit om 's avonds eindelijk weer een pint te kunnen kopen. Deze avond gaven mijn slippers hun ziel. In de bus naar Georgetown centrum leerde ik Steph en Russ kennen, een Brits koppel uit Engeland. Ze waren gezellig en besloten met mij mee te gaan naar het hotel dat ik op het oog had. Het hotel stond bekend om het barslechte Mexicaanse eten en de nog slechtere coverband. Hierover was niets gelogen.

Samen met Steph en Russ dronken we wat pintekes aan het strand en we besloten de dag erna 3 motorfietsen te huren om het eiland te verkennen. De morgen erop bleek dat je een internationaal motorrijbewijs nodig had om op dit eiland te mogen motorfietsen. We gingen naar een willekeurig restaurantje om te ontbijten en onze zonden te overdenken. In het restaurant werden we geholpen door de aardige Martin, een relnicht eersteklas. Hij hielp ons alsnog aan 3 motoren en we fietsten er vluchtig vandoor.

Als eerste bezochten we een prachtig privestrand. Hier namen we een duik, en genoten we van de warme zon. Toen we verder naar het Westen reden kwamen we een aantal natuurparken tegen, maar ieder met een belachelijke entreeprijs van $10, wat 2 nachten accomodatie is voor een low-budget backpacker. Na wat langer doorgereden te hebben kwamen we een gratis nationaal park tegen. Binnen 5 minuten kwamen we een groep aapjes tegen die we van zeer dichtbij konden fotograferen. We bezochten de canope bridge en natural springs. Via de kustlijn liepen we terug naar de ingang. Ondertussen ving ik een vis. Deze gooide ik omhoog. Vlakbij de ingang werd ons pad geblokkeerd met een kudde apen. Ze hadden weldegelijk slechte zin.

Het idee om de volgende dag naar het prachtige eiland Langkawi te gaan werd al snel van de baan geworpen. Er was geen plek meer op de boot voor ons. We waren niet van plan om nog een dag langer op dit eiland te blijven, laat staan in Georgetown. Impulsief besloten we de eerstvolgende bus naar Thailand te nemen.

Gili Trawangan + Sulawesi

Momenten die ik nooit meer zal vergeten.
Gili Trawangan was erg relaxed. De dag dat we aankwamen was het meteen raak. We zijn in handen van een groepje Fransen beland die ook wel van een fiske hielden.
Overdags chillen op het strand, 's avonds een reggaeconcertje bijwonen van locals. Daarna lekker losgaan in de afterpartyclub. We maakten snel vrienden. Dit is eigenlijk de samenvatting van 4 wilde dagen.

Op 1 belangrijk detail na, dat mijn bezoek aan Gili onvergetelijk maakte. Ik leerde de 27-jarige beeldschone Andrea kennen. Deze Argentijnse bloem zag ik staan vanaf het begin dat ze aankwam op mijn eiland. Gelukkig had ik Ernesto bij om het ijs te breken. Hij gooide zijn vaderlandse charme in de strijd, en zette ons op de kaart. Niet voor lang, de dames waren gebroken van de reis dus gingen naar bed.

De volgende dag besloten Ernesto en ik het flink bont te maken, en we zochten een adres om goedkope rijstwijn te schaken. Urenlang hebben we geluisterd naar verhalen van een jongen die gevlucht is uit Jakarta en er nooit meer terug zou gaan. Dit had een interessante reden. Als kind zag de jongen iedereen om hem heen ijs eten, en als hij naar zijn vader ging om geld te vragen, zei zijn vader dat hij het moest doen met thee. Dit wierp zijn vruchten af, en hij gaf zijn ziel aan een bende criminelen. Samen met de groep kidnapten ze rijke mensen, om hun het geld af te nemen, ze neer de steken en het geld aan de armen te geven. Toen zijn maten in de cel gegooid werden kon hij net op tijd vluchten naar Bandung. Hier werd hij binnen 2 weken ook gezocht, dus vertrok hij naar Lombok. Toen ze hem in Lombok ook op het spoor waren gekomen, vertrok hij naar Gili Trawangan, waar geen politie aanwezig is. De jongen is wijzer geworden sinds hij weg is uit Jakarta en wil nooit meer op hetzelfde pad lopen als toen.

Nooit had ik verwacht dat de rijstwijn zo hard in zou slaan. Ik zwalkte terug naar mijn hotelkamer en schreef een tekst in mijn boekje (legendarisch). Aldaar tekende ik een tattoo op mijn linkeronderarm, om te laten zien aan mezelf dat ik nergens meer iets om gaf. Toen ik bij het grote feest aankwam begon ik te dansen als een gek. Ik had mijn kekke Nike Dunks aangetrokken om de dansvloer een goed te laten branden. Na een aantal battles met locals (ze zijn extreem flexibel) bleek dat ik de aandacht van 3 groepen meiden had verdiend. Een groep bestond uit een pot en een meid dioe danste alsof ze al 3 dagen op xtc stond te trippen. De andere groep bestond uit een meid die erg veel interesse had in Ernesto, en haar vriendin had een onuitputtelijke verhouding met pruimtabak. Als laatste was er het groepje met de 3 Argentijnse meiden.

Ik schatte mijn kansen in en ging stom genoeg voor de moeilijkste. Dit pakte erg voordelig uit toen er ineens Spaanse muziek werd gedraaid. Ik vroeg Andrea of ze mij kon leren dansen zoals ze dat in haar land zo goed kunnen. We schuifelden over de vloer alsof we het van kinds af aan aangeleerd hadden gekregen. We vertrokken toen de muziek al een geruime tijd voorbij was en besloten dat we de dag erna een date hadden.

De dag erna hebben we samen een vissenbad voor onze voeten genomen. Daarna een bezoekje aan het reggaecafe, en we zijn geeindigd op het strand. Hier hebben we met 2 koptelefoons naar mijn spacende muziek geluisterd en het was erg gezellig.

Helaas komt aan alle gezelligheid een eind wanneer een van de 2 vertrekt. Ik moest de dag erna de boot naar Lombok nemen samen met Ernesto, anders kwam mijn strakke reisschema in gevaar. Vanuit de relaxte vibes belande ik in een koude hel. Aangekomen op het vliegveld van Bali, na een reis van 12 uur, kwam ik erachter dat mijn ticket naar Makassar me 3x zoveel ging kosten dan ik had verwacht. Eenmaal in het bezit van een ticket bleek dat ik de terminal niet in mocht tot 05.00, en het was 20.00, besefte ik dat ik een gebroken man was. Ik besloot er het beste van te maken dus zocht een park met een mooi grasveld uit. Hier ging ik op mijn handdoek liggen en met koptelefoon en zonnebril op probeerde ik in slaap te komen. De muggen en mieren maakte het er niet makkelijker op, maar mijn filosofieboek liet me realiseren dat het allemaal nog veel erger had kunnen zijn.

Na een schaarse nachtrust en een korte vlucht kwam ik aan in Makassar. Dit was de plek waar mijn opa naartoe uitgezonden was in 1946. In het hotel leerde ik Kelvin kennen, een Canadese jongen van 18 jaar die 3 maanden geleden begonnen was met reizen en hoogstwaarschijnlijk de komende 2 jaar niet terugkeert richting huis.
Ik haalde hem over om mee te gaan naar Maros, 1 van de dorpen waar mijn opa op zijn verlofdagen heen mocht. Op de heenweg raakten we verzeild in een klein ongeluk. Een becak (fiets met bankje voorop) reed met volle vaart achterop ons busje. In Maros bezochten we een waterval en een grot. Ze hebben deze prachtige plek positief omgebouwd tot een soort speeltuin. Het was een geweldige dag.

De dag erop besloot Kelvin zijn plannen om te gooien, en met mij mee te gaan naar Malino. Hier zou een gigantische waterval zijn, wederom een plek waar mijn opa tot rust is kunnen komen tijdens het vechten tegen de Japanners. Om in Malino te komen namen we een busrit van 1 uur, nog een busrit van 1 uur en een ojek (motortaxi) van 20 min. De omgeving was verbluffend mooi. We kwamen in een vallei terecht waar we omsingeld waren door stijle rotskliffen van zeker 50 meter hoog. Hier woonde een 50-tal mensen in houten huisjes. Na een korte klim kwamen we oog in oog te staan met de waterval. Het bulderende geluid en de neveldouche waren de reis zeker waard.

Diezelfde avond stapten Kelvin en ik in de bus die ons afzetten in Rantepao, een dorp in het gebied ‘Tana Toraja'. Deze plek staat bekend om de traditionele ceremonies, waarbij dieren zoals buffels geofferd worden. We huurden brommertjes om de omgeving te verkennen. Het duurde niet lang voordat we compleet verdwaald waren, maar koppig als we waren, bleven we gewoon de weg volgen. We kwamen erachter dat we in de buurt kwamen van Palopo, een stad aan de kust van Sulawesi. We hadden dus meer dan 40km afgelegd. Hier merkten we niets van, want de omgeving was geweldig mooi. Ik ging met volle snelheid plat door de bochten, totdat... ik in de handen van politie viel. Niet veel later werd ook Kelvin van de weg geplukt. We waren flink de sjaak, want de politie kon geen Engels. We droegen geen helm, en bij mijn brommer ontbrak de voorrem en hij lekte benzine. Ook had ik geen rijbewijs bij. We moesten mee naar het bureau. We hadden maar 1 kans, omkopen die wouten!

Na een lang half uur zweten en onderhandelen kwamen we overeen met een bedrag van 50.000 IDR p.p. Dit komt neer op zo'n 4,60 per persoon. Nadat we de deal hadden gesloten werden we gedwongen om een fotoshoot te houden met de ambtenaren in functie. De mooiste pose was; De politie met hun vingers als peacetekens, Kelvin zittend op een politiemotor en ik schreeuwend in een walkie talkie. Helaas was het verboden om foto's te maken met mijn camera. Toen we eenmaal vrij waren reden we snel terug naar ons hotel.

De 2e dag besloten we te gaan liften. Dit was een geweldige ervaring, we zijn zeker 5x verdwaald. Aangekomen in BatuTumonga, boven op een berg, kon je over rijstvelden heen kijken en van de rust genieten. Deze kans kregen wij niet. Toen we aankwamen begon het 5 uur lang onafgebroken te regenen. Omdat ik mijn camera bij had werden we gedwongen om overdekt onze tijd door te brengen. We kwamen erachter dat er geen bussen meer reden naar ons hotel. We gingen er al vanuit dat we terug moesten lopen (ca. 25km). Ik hoorde een luid geronk uit noordelijke richting komen. Het was onze redding, een busje met 15 locals, maar nog net plek voor 2 lifters.

Ik zal een sfeerimpressie proberen te geven van de helse rit. We mochten achterin de bus instappen. De deur zat vast met een touw, eenmaal binnen moest ik een knoop verzinnen die bestend was tegen de trillingen die de bultige weg teweeg bracht. De plek waar we mochten zitten had geen stoelen, alleen een gladde versleten traanplaat-bodem met gaten waar water door naar boven kwam. We konden er niet overeind staan. Toen we 1 minuut onderweg waren was ik al 2x gevallen en lag ik met mijn rug op de grond, brullend van het lachen. Dit was al snel voorbij, want rondom mijn plek zaten haken en schroeven waaraan ik me lelijk kon openhalen. Er waren inmiddels al 3 locals aan te kotsen. Kelvin kreeg een stoel aangeboden, dus ik bleef alleen achter op de plek des doods. De manier om me staande te houden was in squad-zit, terwijl ik met beide handen een buis boven mij vasthield. De rit duurde 1,5 uur, en ik zag er flink tegenop. Ik gaf mezelf de keuze om òf zonder zeuren de rit voor lief te nemen, òf door de stromende regen naar het hotel te lopen. Dit maakte me heel even boos, totdat ik terugdacht aan een wijze les in mijn filosofieboek. Deze vertelde mij dat deze test niet de bedoeling had om mij pijn te doen, dus het had geen zin om boos te worden op de bus, de weg of de chauffeur. Ik besloot de rit te zien als een workout, en bedacht me dat de ronde buis die ik vast had ook vierkant had kunnen zijn, en dat zou meer pijn hebben gedaan. Achteraf vond ik het een geweldige ervaring.

De laatste dag in Tana Toraja wilden we beter besteden. We huurden opnieuw 2 brommers, en stippelde een route uit. We hebben dorpjes en rotsgraven bezichtigd en een aantal grotten bezocht. Ik heb nog nooit zoveel mensenschedels gezien als die dag. De grotten waren erg interessant, omdat daarin de grafkisten werden achtergelaten. Eén grot vergeet ik nooit meer. Kelvin en in hadden alleen 1 kleine zaklamp bij, en we hoorden overal gepiep van vleermuizen. Door kleine ingangen van een halve meter breed wisten we in een ruimte te komen waar het erg hol klonk, en dit wilden we onderzoeken. Na 2 minuten waren onze gedachten compleet omgedraaid, want we zagen in 1 oogopslag meer dan 10 spinnen. De grootste was 12cm groot, een dodelijke wolfspin met een klein lichaam en lange poten. We hebben ons onderzoek moeten afkappen, want door de aanwezigheid van de spinnen kwam de rest van de reis in gevaar.

Onze wegen scheidde in Rantepao, want ik nam de bus naar Palu. Wederom een interessante rit. De bus had geen airco, weinig beenruimte, kotsende locals en rotte stoelen. De rit zat vol met haakse bochten en duurde maarliefst 23 uur. Toen ik aankwam in Palu kwam ik zonder veel moeite bij het hotel aan waar ik 3 dagen zou verblijven. Ik vroeg aan de manager of ik iets kon doen vandaag, en ze raadde me aan om een dagje op het strand van Tanjung Karang te gaan chillen. Ik regelde een ojek om me erheen te brengen en me op te halen om 17.00u. Ik heb heerlijk gesnorkeld en in de zon gelegen. Het bezoek aan dit strand heeft me zeker 50 foto's gekost met locals die bijna nooit een blank persoon (urang putih) hebben gezien. De voornaamste reden dat ik hier kwam was dat ik afgesproken had met de rockband ‘Remy', die ik in Surabaya had leren kennen. Ik had sindsdien contact met Alldy, de 30-jarige drummer. Om 16.00u werden we herenigd, en we maakten plannen voor de avond.

Om 21.00u haalden ze me per auto op bij het hotel. Ze hadden captikus voor mij gekocht, een lokale drank waarover ze mij in Surabaya hadden verteld. Na 1 glas was ik flink aangeschoten. De omgeving was rustgevend. We zaten aan een soort boulevard, met uitzicht op de verlichtte stad en de zee. De volgende lokatie was het huis van Alldy. Hij woonde sinds 2 jaar samen met een 23-jarige Javanese meid met een gouden hart. Het is moeilijk te beschrijven hoe hun huis eruit zag. In Nederlandse termen zou het een krot genoemd worden, maar ik zag er de charme van in. Ik zag het als een plek waar liefde hun het dak boven hun hoofd verschafte, en daarmee waren ze tevreden. Later die avond bezochten we een vriend van Alldy, die diezelfde dag een ‘kuskus' heeft geschoten en bereid. Ik had geen idee wat het was, ze noemde het een soort koala. Het was niet speciaal, aangezien de kok enorm veel rode peper had gebruikt. Ik proefde niets van het vlees, maar merkte wel dat het niet afgehangen was. Het vlees was taai en zat erg vast op het bot. Weeeeh.. ik schrik me net kapot van een kakkerlak (5cm) die wild op me af komt gerend. Ik zit op de grond achter een pc en ik heb geen belang aan kakkerlakken die over mijn voet lopen.

Broeders,

Gegroet

Bali + Lombok

Na een beetje rondgelopen te hebben in Lovina bedacht ik me dat ik hier beter weg kon gaan. Zonde, want het is een prachtige plek.

Ik merkte al snel dat heel Bali opgezet is voor toeristen. Ik kan door de hotels de cultuur niet waarderen.

De dag erna vertrok ik in de morgen naar Kuta, om na 1 avond uitgaan een vlucht naar Makassar te nemen. Zoals altijd liep niets zoals gepland. Na ruim een uur rondgelopen te hebben vond ik een plek om voor 4 euri te slapen.

Ik ging naar het strand om te kijken of het werkelijk zo magisch is als de Lonely Planet mij vertelde. Een saai strand met overal bars en clubs, waar je tegen woekerprijzen een kleine Bintang (cheap bier) kon krijgen.

Eenmaal zittend op het strand leerde ik iemand uit Bangladesh kennen. Hij kon niet goed Engels, en moest binnen 4 uur zijn vliegtuig halen. Het was een aardige man met vreemde normen en waarden. Zo wierp hij lachend zijn lege batterijen in de zee. Niet veel later werd ik aangesproken door een Argentijnse jongen, genaamd Ernesto. Hij werd wegens ongeldig visum geweigerd in India. Hij besloot even 1 week naar Bali te gaan zonder planning. We raakten aan de praat, en al snel kwam bovendrijven dat wij beide wel in the mood waren voor veeeel bier. We hebben allebei een schaars budget, dus gingen we inkopen doen in een supermarkt. Daar vonden we een fles Balinese tjapkloeklikeur voor weinig geld. Deze drank was uitstekend mixbaar met sinaasappelsap. We waren klaar voor een wilde avond.

Die avond maakten we op het strand plannen. We besloten samen naar de Gili Islands in Lombok te gaan. Dit zijn 3 eilandjes die niet overbevolkt zijn, en ook niet extreem overvallen door toerisme. De avond ging nog lang door, en overal leerden we dronken mensen kennen. We raakten elkaar kwijt en vonden elkaar weer terug, zoekend naar een plek om een goedkoop biertje te vinden. Aldus, een hele gezellige avond.

De morgen erop waren we gebroken mannen. We moesten om 06.00 in een busje naar de haven gebracht worden, een rit die niet over rozen ging. Wilde bochten, vloekende chauffeur en erg zware oogleden.

Toen we aankwamen bij de haven namen we een boot naar Lombok, die er 5 uur over deed. Hierop hebben we onszelf tegen de grond gesmeten om de kater uit de boom te kijken. Ik voelde me enorm brak, en ik lag midden op een drukbezochte trap te snurken. Het was het allemaal waard, toch nog 1 leuke dag in Bali gehad..

Aangekomen in Lombok namen we een busje naar een andere haven, onderweg genietend van wilde aapjes. Bij de haven stapten we met een 20tal backpackers op een kleine instabiele boot die ons naar Gili Trawangan bracht.

Het eiland is vergelijkbaar met Koh Pangan in Thailand. Het heeft witte stranden met helderblauwe zee en koraalriffen. Je kunt iedere dag de keuze maken om los te gaan met bier, wiet, paddo's of Indonesische kokoswijn genaamd Arak. Helaas staat er de doodstraf op drugs in dit land, en ze zijn niet bang om een bloedtest te doen. Verder hangt er op het eiland een heerlijke Carribische stemming en ik betaal net 4 euro voor mijn bungalow.

Vrinden, ik ga een fiske bouwen!! Gr'z

Java

Wat een wilde tijd!!

Ik zal beginnen met een kleine introductie en mijn reis door Java.

Het wordt een korter verhaal. Internet kost hier in Bali per 2 uur evenveel als mijn accomodatie. Er is zoveel gebeurd in de afgelopen 1,5 week.

Er zijn meerdere redenen waarom ik naar Indonesië wou. Dit is de belangrijkste:

Mijn opa vertelde mij vroeger verhalen over Nederlands-Indië. Terwijl hij vertelde zat ik op het puntje van mijn stoel. Sinds hij 8 jaar geleden is overleden denk ik nog vaak aan hem, en hij komt ook geregeld voorbij in mijn dromen. Desondanks heb ik nooit het idee dat ik zijn graf moet bezoeken. Om te laten zien dat ik toch heel veel van hem hield, wil ik de plekken opzoeken waar hij als soldaat heeft gevochten voor zijn leven. Ook wil ik mijn oma en haar kinderen de plaatsen laten zien waar hij onderdak had, en waar hij op zijn verlofdagen heen mocht.

Mijn aankomst in Indonesië verliep niet voorspoedig. Om een visum te krijgen moet je een bewijs hebben dat je voordat het visum verloopt uit het land bent. Hiervan was ik niet op de hoogte, en ik werd bij de immigratiedienst tegengehouden. Ik moest zsm een ticket boeken voordat ik het land in mocht. Het was inmiddels 01.00, en de werknemers wilden naar huis. Met veel geluk kon ik alsnog het land binnen, maar ik moest beloven dat voor 17 november het land verlaten heb. Stiekem heb ik ook nog 2 liter alcohol over de grens weten te smokkelen :)

Mijn slaapplek was ergens in een hostel op de 19e verdieping van een flatgebouw. Ze hadden geparfumeerde kussens waardoor ik heerlijk kon dromen.

Het belangrijkste wat ik wil bezoeken in Jakarta is Kota, het oude Nederlandse Batavia. Dit was een essentiële stad van Nederland tijdens de koloniale tijd. Ook is het een van de plekken waar mijn opa is geweest. Ik heb de haven ‘Tandjung Priok' bezocht waarvanuit hij met de ‘Grote Beer' terug naar Amsterdam voer. Rondlopend in het oude stadsdeel bezocht ik een uitkijktoren en kwam ik een oude Indonesiër tegen die Nederlands kon. Hij leidde me rond en liet me een vismarkt zien en een museum, gevestigd in een aantal oude Nederlandse huizen met witte muren en oranje dakpannen. De huizen waren prachtig, ongerenoveerd met sommige ongeschonden eikenhouten meubels en trappen erin. Op weg naar Cafe Batavia kwam ik de oude handelsbrug tegen, gebouwd door Nederlanders. Het Cafe was mooi ingericht, maar toen ik besefte dat een zwarte koffie al 3 euro kostte wou ik er snel weg.

Na de drukte van Ho Chi Minh City was ik toe aan rust. Dit ging ik niet vinden in Jakarta, dus vertrok ik de dag erna om 05.00 met de trein naar Bandung.

Dit bleek niet veel minder druk te zijn. ‘Wheels Deals' was het eerste wat in me op kwam toen ik straten vol met garages zag, met meer velgen dan auto's. Ik kocht een Engels-Nederlands-Bahasa Indonesia boekje om de taal onder de knie te krijgen. Na wat rondgelopen te hebben besloot ik ergens in een food court Mie Goreng te bestellen. Eenmaal daar begon het te stortregenen. Ik trok mijn plan en liep na de regenbui terug naar het station. De straten waren bedekt met een laag water, gemengd met een dikke laag olie. Mijn slippers en voeten waren blinkend van de zwarte motorolie toen ik bij het station aankwam. Ik kocht een ticket naar Yogyakarta en vertrok.

Om 23.45 kwam ik aan in Yogya, nadat ik 8,5 uur heb kunnen kakkerlakschieten in de trein. Ik had nog geen idee waar ik ging slapen. Een aardige local bracht me naar een hotel waar ik voor 5 euro kon overnachten. Toen ik wakker werd ging ik de stad in om wat souvenirs te kopen, zoals echte Batik, waar Yogya bekend om staat. Ook heb ik Fort Vredenburg bezocht, een van de mooiste musea in Indonesië tot nu toe. Op weg naar het station werd ik gestagneerd door 2 groepen scholieren die een interview met mij wilden om hun Engels te oefenen. Later die dag vertrok ik vanuit het vredige Yogya naar Surabaya.

In Surabaya kwam ik om 19.00 aan. Vanuit het station was het 2km lopen naar mijn hotel, maar ik had er wel zin in, ondanks de 25 kg aan bagage. Ik besloot in Hotel Paviljoen te overnachten, omdat het een Nederlands koloniale entree had. Ook de meubels in de kamers waren antiek. Het had een mooie binnenplaats met een tuin, maar geen internet. Ik besloot naar een winkelcentrum te gaan, maar nergens kon ik verbinding krijgen. Uiteindelijk kreeg ik in een chique hotel toch WiFi, dus besloot ik als bedankje een drankje te bestellen. Helaas was dit drankje 4 euro, ongeveer 40% van mijn dagelijkse bestedingspatroon. Hierdoor het avondeten mij aan de neus voorbij.

Later die avond leerde ik de Brit Jack kennen. Een voormalig piloot die nu adviezen gaf aan vliegmaatschappijen. Hij hoorde mij Indonesisch praten tegen een paar locals en zei dat ik nog een lange weg te gaan had. Hij zelf sprak de taal wel, na 11 jaar in Jakarta gewoond te hebben, en samen met hem heb ik mijn eerste woordcombinaties geleerd. Het gaat erg moeizaam, maar de uitspraak is vergelijkbaar met Nederlands en een vleugje Spaans.

Salamat Pagi/Sore/Malam = Goedemorgen/middag/avond

Permisi = Sorry

Terima Kasih = Dankjewel

Sama sama = Van hetzelfde

Nama saya Remy = Ik heet Remy

Saya tukang masak = Ik ben kok

Barapa itu mas = Hoeveel kost dat, vriend?

Saya memotret anda kuku? = Mag ik je nagels fotograferen?

Toen ik de dag erna opstond besloot ik wat rond te gaan wandelen in het oude stadsdeel. In het busje er naartoe leerde ik Riza kennen, een 16-jarige, goed Engels sprekende scholier. Hij leidde me rond door het oude vervallen deel van de stad. Ook liet hij me een oude gevangenis zien waar de Nederlanders de ongehoorzame Indonesiërs in opsloten. Onderweg naar het hotel leerde ik 2 jongens uit Kalimantan (Borneo) kennen. Iets later zag ik een grote rituele parade, en werd ik uitgenodigd om te genieten van hun spijzen. Ze hadden vage gelei-achtige cakejes en veel fruit.

Aangekomen bij het hotel leerde ik Marshall kennen, een 45-jaar oude Australiër. Hij deed me denken aan mij, als ik zo door zou gaan met mijn denkwijze als afgelopen jaar. Hij haatte zijn land van afkomst en vond de inwoners arrogant en macho. Ook vond hij reizen met een Lonely Planet dom, zei dat je beter internet kon gebruiken. De man was zo hypocriet als een spiegel. Alles wat hij slecht/dom vond kon gereflecteerd worden met zichzelf. Hij gaat over een tijdje trouwen met een 22-jarige Balinese jongedame.

Tijdens het gesprek met Marshall kwam er een band uit Sulawesi aan in ons hotel. De band bleek ‘Remy' te heten, en ik kreeg een gratis cd van ze. De rest van de avond heb ik met hun gepraat, en hun hebben wat liederen gezongen. Ik heb met ze afgesproken in Palu (Hammer City) in Sulawesi. Toen ik de dag erna opstond besloot Jack mij te trakteren op een lunch in een warenhuis. Dit was heerlijk, en hierna vertrok ik per bus naar Probolinggo. Dit duurde 4,5 uur, en tijdens de reis kwamen er steeds muzikanten binnen met gitaar om liedjes te zingen. In Probolinggo werd ik afgezet bij een reisbureau, die mij een reisje aanbood naar de bestemming waar ik al heen wou; Gunung Bromo, een actieve vulkaan in Oost-Java. Ze brachten mij naar een dorpje bij de vulkaan en kreeg ik een slaapplek en ontbijt. De dag erna vertrokken we om 04.00 naar de vulkaantop om de zonsopgang te bekijken.

Hier stuitte ik op zo'n 500 toeristen met hetzelfde idee. Ik baalde en kon niet meer genieten van de natuur. Ik haat mezelf daarvoor, want de mensen die daar zijn hebben niet de intentie om mijn dag te verknallen. Ik doe het mezelf aan.

Na terugkomst bij het hotel vertrokken we terug naar Probolinggo, om op de bus naar Denpasar (Bali) te stappen. Ik besloot mijn ticket te veranderen naar Lovina aan de noordkust. Hier schijnt een relaxte sfeer te hangen die ik nu niet meekrijg omdat ik in een internetcafe hang.

Mijn excuses dat ik de tekst niet controleer op spelfouten, ik denk dat ik mijn tijd beter moet besteden nu ik hier ben.

Gr'z

Viëtnam Deel II, Ho Chi Minh City + Oorlog

Dit bezoek aan de stad was anders dan het vorige. Sjors en Lejo hadden afgesproken met een vriend van hun, die off-shore werkt. Hij lag samen met zijn operational manager een haven in de buurt van onze stad. 's Avonds spraken we af, en het bleek een wilde avond te worden. De mannen mogen op de boot geen alcohol drinken, dus ze wilden het er vanavond eens flink van nemen. Voor ons was er geen ontsnappen aan. Het was wel weer beregezellig.

Kleine opsomming van Ho Chi Minh City van die dag:

- Kakkerlakken in onze hotelkamer

- Cocaine en marijuana aangeboden gekregen

- Vrouwen die zich te koop aanbieden met meteen een hand op je knie

- Lonely Planet kopie over Indonesië gekocht voor slechts 8 Euro

- Honden die aars aan aars met hun binnenkant tegen elkaar staan te wrijven

- Ongelukje met buitenspiegel in de taxi

- Redelijk goede kopieen van Nike Dunks te koop voor $30,-

- Veel ratten 's avonds op straat

- Man betast penis van het kind van een vriend. Zeker 3 minuten lang.

- Veel verminkte mensen bedelend om geld

- Eten aan de straat voor $1, goed te doen

- Man draagt vleespet en staart, vast moeite met het acceptatieproces haarverlies

- Mensen slapend op straat in de regen

Voor 14 oktober hadden we een tour geboekt naar de Cu Chi Tunnels, en daarna brachten we een bezoek aan het War Remnants Museum. Dit was een uiterst indrukwekkende dag. Ik heb een duidelijk beeld gekregen van de oorlog in Viëtnam.

Hieronder leg ik vluchtig wat feiten uit de oorlog uit. Jammer genoeg zegt wikipedia iets anders dan het museum, dus of het 100% klopt kan ik niet beloven.

Communisten tegen anti-communisten:

Het resultaat van de oorlog is dat Noord- en Zuid-Viëtnam herenigd werd in 1975.

Dit ging niet zonder slag of stoot. De Communisten (Noord-Viëtnam) hadden de Vietcong, een guerillabeweging met weinig wapens. De anti-communisten (Zuid-Viëtnam) kregen steun van de USA, die in het bezig waren van toxische wapens. In totaal zijn er meer dan 4 miljoen slachtoffers gevallen in de oorlog die 17 jaar stand hield.

Ci Chi Tunnels:

Dit is de plek waar de Viëtcong hun grootste basis had. Een tunnelcomplex van ruim 250km. De ingangen van de tunnels waren 20x30cm groot en de gangen waren onverlicht. Ze hadden via bepaalde technieken zelfs keukens onder de grond, met minimale rookproductie. De Vietcong was arm en bestond uit mannen en vrouwen. Geld voor uitgebreide wapens was er niet, dus hadden ze verouderde geweren en bedachten ze boobytraps.

De tunnels zijn vlakbij Ho Chi Minh City gestationeerd. In Ho Chi Minh City zat het hart van de Anti-communisten, en meerdere Amerikaanse legerbasissen. De Vietcong heeft er samen met protesten over de hele wereld voor gezorgd dat de USA zich terug trok uit Viëtnam.

Tijdens de tour kregen we een duidelijke uitleg over het nut van de tunnels, en mochten we een stuk door de tunnel heen kruipen. Ook lieten ze de technieken van de geniale boobytraps zien.

War Remnants Museum:

Dit is een van de meest complete musea die ik tot nu toe heb bezocht. Buiten het museum stonden meerdere vliegtuigen, tanks en luchtafweergeschut. Ook hadden ze een deel van de gevangenissen nagebouwd die op Phu Quoc stonden. De foto's in het museum laten zien dat de USA grote delen van Viëtnam heeft platgebrand en gebombardeeld zoals rijstvelden, scholen en ziekenhuizen. Doordat de USA chemische wapens ging gebruiken eist de oorlog tot op heden nog steeds slachtoffers door doodgeboren en misvormde kinderen.

Viëtnam deel I, Reunification Line en Phu Quoc

1 Viëtnamese Dong = 0,0000368632

1 Euro = VND27.127,29

Door de temperatuurswisseling waren we niet capabel om een leuke naam te verzinnen voor de geldeenheid.

Het is ons niet gelukt de planning te realiseren die we voor ogen hadden.

We hadden in Bei Jing tickets aangeschaft voor de Reunification Line, een treinverbinding tussen Hanoi en Ho Chi Minh City (04-10/06-10). Ook hadden we een retourvlucht Ho Chi Minh City - Phu Quoc (07-10/12-10) online geboekt. We hadden dus een strak schema.

Vanaf het moment dat we in Hanoi aankwamen waren we verbaasd dat er zo weinig mensen sterven aan verkeersongelukken. De brommertjes en fietsers vliegen rakelings langs onze taxi af, nadat we een overstekende opa nèt missen. Brommertjes komen je op je eigen weghelft tegemoed, en voorsorteren is nieuw voor ze.

Het hostel waar we gereserveerd hadden voldeed aan onze verwachtingen. Er stond een lekker koud biertje op ons te wachten toen we er aankwamen, en via WiFi kon ik een enkele vlucht voor 1 persoon naar Jakarta boeken. Ik heb besloten Indonesië te verkennen, omdat ik er weinig verwachtingen van heb. Het is een raadsel wat me daar te wachten staat.. Yiiiaaaahoeeww!!

De morgen erop stonden we iets te laat op, waardoor er stress heerste. Ergens in Hanoi moesten we de tickets voor de trein ophalen, en hij vertrok om 19.00. Toen we aankwamen in de juiste straat konden we nergens het kantoor vinden. Zo snel mogelijk hebben we toegang tot het internet gevonden om het exacte adres te vinden, en het bleek ergens op de 3e verdieping te zitten in een gebouw achter een gebouw.

In bezit van de tickets liepen we richting het oude stadsgedeelte, en we hadden geluk. Hanoi was die week 1000 jaar oud geworden. Overal hing de vlag uit en mensen gingen zingend en dansend over straat. Wij besloten gezellig mee te doen, na onszelf te versieren met een sticker op de wang.

Later die dag haalden we onze backpacks op die we eerder die dag naar de 8ste verdieping van het hostel hadden gebracht.. met de trap. We namen een taxi naar het station en stapten in de trein die ons naar Ho Chi Minh City zou brengen. Binnen een paar uur hadden we, in de trein, door middel van Vodka wat Duitse vrienden gemaakt. Nadat 3 verschillende cabines in onze coupe hadden gesmeekt of het wat zachter kon, besloten we de avond af te sluiten. Ze waren gewoon jaloers!

Ik lag nog geen 30 minuten in bed of ik stootte mijn hoofd tegen de muur, omdat de trein een noodstop maakte. Alles viel van ons tafeltje af, niemand wist wat er gebeurde. Omdat we wat gedronken hadden konden we niet stilstaan bij wat er gebeurd was, dus vielen we weer in diepe slaap. 's Morgens werden we wakker met het nieuws dat we al 7 uur stil stonden.

Van alle kanten kwamen de verhalen ons om de oren gevlogen. De treinrails zou gebroken zijn en ze zouden er morgen pas aan kunnen beginnen. Een ander zei ons dat we om 17.00 weer zouden doorrijden. Nog iemand anders zei dat er binnen 2 uur bussen kwamen om ons naar een station verder naar het zuiden te brengen om daar weer verder te kunnen treinen. We wisten niet wat er aan de hand was, dus besloten Sjors en Lejo samen met wat Duitsers naar het dichtsbijzijnde internetcafe te gaan. Ik waakte over de spullen, voor het geval dat de trein zou vertrekken.

Toen ze terug kwamen trokken we binnen 5 minuten ons plan. Het nieuws had ons op de hoogte gebracht van enorme stormen en natte overstomingen. Er bleken al 5 provincies getroffen te zijn, met 13 doden en 10 vermisten. 40.000 man geëvacueerd, en het leger werd ingezet. Door dat laatste besloot ik mee in te stemmen om de eerste vlucht naar Ho Chi Minh City te boeken. Een zure 78 euro bovenop alle andere extra kosten. Ook boekten we een hotel voor die avond, zodat we de dag erop 's morgen fris naar het vliegveld konden. Die avond was er een om niet snel te vergeten.

We zijn ergens gaan eten, waarna we 10 liter bier en 1 liter Vodka insloegen voor slechts 10 Euro. Later die avond sloeg de vodka flink terug. Wij introduceerden de Duitsers aan het drankspel Kingzen, met aangepaste regels.

Wij hebben de Duitsers zo ver gekregen om elke keer voordat ze een slok mochten nemen de zin ‘Ik ben een vieze kleine meid' op te zeggen. Hun kregen ons zo ver om in Duits dialect ‘Ich wil di unbedänkt von hintern haben' te zeggen. Verzin zelf maar wat het zou betekenen (daarvan is geen sprake geweest).

1 van de Duitsers was zo dronken dat hij het 2e rondje niet meer mee kon doen. Een van de andere 2 Duitsers ging samen met ons door het hotel rennen om rond 02.30 in het zwembad te springen. Daarna zijn we in onze boxer op zoek gegaan naar een sauna, maar die bleek buiten het hotel te zijn. Na een tijdje halfnaakt over straat gelopen te hebben vonden we de sauna. Helaas bleek de sauna defect te zijn, wel deelden ze opgemaakte dames uit. Hier hadden we alle 4 geen trek in.

De dag erna kwamen we net op tijd voor het ontbijt. We namen hierna de taxi naar het kleinste vliegveld wat we ooit gezien hadden. Aangekomen in Ho Chi Minh City waren de rapen gaar. We hadden onze vlucht naar Phu Quoc gemist, vanwege vertraging, en Vietnam Airlines wou het niet terug betalen. Ondanks dat ik 3 dagen eerder vanuit de trein liet weten dat ik het ticket naar 3 dagen later wou verzetten. Wel konden we voor 25 euro een nieuwe vlucht boeken voor een dag later. De brief naar mijn reisverzekering is al onderweg.

Na lang zoeken een hostel voor $7 per persoon incl ontbijt. Iets later toverden we een terras van het restaurant waar we aten om in een lompe discotheek. Dit dankzij Ulli, die een USB-stick bij had met o.a. Limp Bizkit, die we aan mochten sluiten op hun apparatuur. In de gezellige straten van de drukke stad dronken we wat cocktails en werden we herenigd met wat andere gedupeerden uit de trein. De avond was vroeg voorbij, want wij mochten niet nòg een vlucht missen.

De vlucht naar Phu Quoc vond plaats in een vliegtuig met net 100 plaatsen, het was een schattig ding. Vanuit het vliegtuig zagen we de witte stranden en lichtblauwe kustlijn al liggen. Het was er zeker 30 graden. Het hotel waar we verbleven was van kennissen van Sjors. Een Nederlandse man met zijn Viëtnamese vrouw. Een mooi, schoon hotel met 10 kamers en een privestrand. Helaas stond het strand vol met illegale woningen van Viëtnamezen die op het strand scheten.

Toen we de morgen erop ontwaakten stonden er 3 semi-automatische brommertjes voor ons klaar. Hun brachten ons via de kust naar het meest zuidelijke puntje van het eiland. Daar in de buurt hadden Sjors' kennissen een kleine villa staan met mangobomen, bananenbomen, cashewnootbomen en papajastruiken. We bezochten een van de mooiste stranden van het eiland, maar ik vond er weinig aan. Westerse boel. Op de terugweg moesten we met de brommertjes door flinke modderpoelen rijden, en ik verloor de strijd met een plakkaat modder. Hij zoog met zijn vacumeerkrachten mijn slipper van m'n voet, de eikel.

De 9e gingen we mee op een boot om langs de 11 eilandjes ten zuiden van het eiland te varen. Bij 3 eilanden kregen we de kans om te snorkelen, aangezien er veel koraal zat. Dit was de eerste keer dat ik een zwembril, een snorkel en flippers aan kreeg. Na een kleine uitleg van Sjors en Lejo sprong ik in het water, en zwommen we 100 meter richting de kust. Ik was bekaf en kreeg mijn bril niet op. Ik bedacht mezelf dat ik nooit had gezwommen op plekken waar ik niet met mijn voeten aan de grond kon. Lejo en Sjors gingen hun eigen weg. Toen ik probeerde te snorkelen kreeg ik water in mijn snorkel en raakte ik in paniek. Ik kwam erachter dat mijn a-diploma 5 jaar geleden vervallen was, watertrappelen was zelfs moeilijk. Ik haat het om dit toe te geven, maar ik heb een adembenemende angst voor de oceaan. Alhoewel dit wel een van de mooiste dingen was die ik ooit heb gezien. Na 100 meter teruggezwommen te hebben, en met zeker een liter zeewater in mijn longen, klom ik aan boord van het schip. Ik besloot mezelf niet te haten voor deze gefaalde actie. Wanneer ik de kans krijg ga ik keihard oefenen met snorkelen, ik moet die angst overwinnen!

Hierna volgden 2 dagen met flinke regen en storm.

Felix had besloten dat hij ons op kwam zoeken op Phu Quoc. Toen hij aankwam wat de regen minder geworden, maar nog steeds nat. We huurden met z'n vieren brommertjes en reden naar het noorden. Vanwege de regen waren veel wegen veranderd in modder, wat het crossen alleen maar leuker maakte. We bezochten geisoleerde dorpjes en de kinderen kwamen naar de straat rennen om naar ons de zwaaien en hun eerste woordjes Engels te delen. Na ergens een ontbijtje gescoord te hebben van een man op een broodje die motors verkocht. :L De motors waren niet te eten.

We konden vanuit het uiterste puntje van Phu Quoc Cambodja zien liggen. Ook zijn we nog ergens in een uitkijktoren geklommen. We waren helemaal doorregend en besloten terug naar het hotel te gaan. Aldaar stond er een Viëtnamees feestmaal voor ons klaar, wat de vrouw van de eigenaar voor ons had klaargemaakt. Na ons helemaal bol gegeten te hebben gingen we slapen. De dag erna 's morgens nog wat goede diepgaande gesprekken met Felix gehad, en daarna naar Ho Chi Minh City gevlogen. De ervaring van Phu Quoc was mooi en leuk, maar omdat het komende 20 jaar enorm uitgebuit gaan worden door toerisme, hoef ik er persoonlijk niet meer naartoe. Het gaat een nieuwe Phuket worden, het vliegveld werd al uitgebreid met 7 gates.

China en Bei Jing

Currency: Yuan

1 Euro = 8,98 Chengskes

Duration of stay: 5 days

Er was 1 grote verandering zichtbaar toen we China intreinde. In plaats van kale vlakte werd de omgeving groen en bergachtig. Het landschap was prachtig. Allemaal landbouw op steile heuvels en hier en daar een tunnel. Voordat we het door hadden reden we Beijing binnen, of beter gezegd, Bei Jing.

De eerste opgave was zo goedkoop mogelijk naar het hostel komen. Met mijn bargaining skills wist ik een taxi te regelen voor slechts 115 Chengskes, ofwel 13 Euro. Achteraf bleek dat 20 sjeng al teveel geweest zou zijn.

We hadden een aantal doelen in China. We wilden de Chinese muur bewandelen, de Verboden Stad bezichtigen, lokale spijzen eten, een keer uitgaan en ik wou een notebook aanschaffen. Ook wilde ik menne maet Bob Prinsen meeten, die een half jaar werkt in Bei Jing. Daarna moesten we z.s.m. naar Viëtnam omdat alles daar goedkoper is. Alle doelen zijn behaald, behalve de laatste. Laten we beginnen bij het begin..

Het hostel waar we de eerste 3 dagen zouden verblijven had ik met mijn domme kop een dag te laat geboekt, waardoor we de 1e dag een andere accomodatie moesten vinden. We vonden al snel een crappy hotel met gedeelde douche en wc zonder slot. Lees: 2 pisbakken + 2 gaten in de grond om te kakken, en ergens in de hoek een sproeier om te douchen. En uitgerekendtijdens mijn douchebeurtkomt er een dronken Chinees binnenlopen.

Om de schrik weg te drinken besloot ik een goedkope fles drank te halen. Dit lukte al snel bij een sigarettenwinkel. Ik had de keuze uit 1 fles. Naar spiritus smakende bocht van 56% voor maarliefst 8 sjeng, 90 Eurocent.Uitermate geschikt voor deze avond. Het hotel waar we zaten bleek een dakterras te hebben. Hier hebben we een avondje lekker doorgetrokken met kaarten, drinken en genieten van het geluid van fietsbellen. De dag erna werd ik wat sloom wakker en besloot ik een Aziatische snor te nemen. Dit betekend dat je alleen de 2 uiteinden van je snorretje laat staan. Al snel merkte ik dat mijn hand-snor coördinatie niet klopte en was mijn snor verdwenen. Snorloos voelde ik me onmachtig. Ik durfde het bijna niet te laten zien aan Sjors en Lejo, dus hield ik er een handdoek voor toen ik de badkamer uit kwam. Het was natuurlijk te voorspellen dat ik 3 dagen lang de bijnaam ‘schaamlip' droeg.

Door contact te zoeken met Bob kwam ik een elektronicazaak op het spoor genaamd Suning. Maar omdat de vertaling van Chinese tekens naar Engels hier niet altijd klopt kon ik geen winkel vinden die zo heette. Toch vonden we een gigantisch warenhuis waar ze op alle 5 verdiepingen notebooks verkochten. Mijn oog viel op de lelijkste, maar goedkoopste laptop van Emachines. Dit bleek een dochtermerk te zijn van Acer, en voor 1950 Chengen was hij van mij. Ook vond ik een compacte externe harde schijf van 1TB voor een weggeefprijsje.

Terwijl ik aan het shoppen was vonden Sjors en Lejo ook een leuke bezigheid.Bij een Samsung-verkooptent staan en Samsung roepen, daarna wegrennen en hetzelfde doen bij een Acertent. Dit deden ze net zo lang totdat de verkopers ze op iedere verdieping achterna kwamen.

Toen we uit het warenhuis liepen werden we bijna omvergereden door eenleipe Riksja. Het leek wel voorbestemd,dus we propten ons drieën in het karretje. De oude vrouw had moeite met ons vooruit te krijgen, en bracht ons naar een compleet vreemde locatie. Vervolgens vroeg ze de hoofdprijs voor de rit van slechts 10 minuten. Hier gingen we niet mee akkoord, en voordat we het wisten begon ze te duwen en het geld letterlijk uit onze handen te trekken. Wat een biatch was dat zeg!

Na dat kuteind naar het hostel wandelen, vanaf de andere kant van de stad, kwam ik erachter dat ik 2 miskopen had gedaan. Mijn laptop had alleen een Chinese stekker, Windows 7 (kots), een niet kloppend toetsenbord en websites alleen zichtbaar in Chinese tekens. Het grootste probleem was nog dat de sd-card poort niet werkte. En daarnaast bleek mijn externe harde schijf ook nog eens netstroomaansluiting te hebben, wat niet werkt als je reist.

Ik werd geconfronteerd met een persoonlijke zwakte. Zelf vind ik het niet fijn als gasten een gerecht terug naar de keuken sturen wanneer ze het niet lekker vinden, zo voel ik me ook als ik terug ga naar een zaak met een product. Ik heb al die tijd een foute vergelijking in mijn hoofd gehad. Dus ik ben in mijn eentje teruggegaan naar die winkel, mijn harde schijf omgeruild voor een compacte, windows xp laten installeren en sd-poort laten maken. En dit zonder Chinees te spreken. Google Translator doet wonderen. Op de terugweg heb ik wat versmarkten bezocht om lokaal voedsel te proeven, dit beviel goed.

Op een avond zaten we in een restaurant en kregen we een heerlijk gerecht voorgeschoteld. Voordat ik de helft op had was het koud. Ze dekten bij onze (Westerse) tafel alleen stokjes in, dus het was een no-go voor mij. Ietsjes later kwamen er wat Chinezen binnen en ze kregen direct mes en vork ingedekt. Bizar. Toen we klaar waren met eten wilden Sjors en Lejo een sigaretje roken, dus ze vroegen aan de vrouwelijke ober of het mocht. Ze zei: ‘No Way'. Nog geen minuut later staken de Chinezen van het bestek een sigaret op. We snapten er niets meer van..

De dag erna pakte ik het slimmer aan. Ik schreef met watervaste stift mijn arm vol met Chinese woorden. Ni Hao, Xie Xie, Dui Bu Qi en Zai Jian. Dit maakte al snel een lach los bij die lieve Chinese verkopers.

Die avond sprak ik met Bob af. Hij kwam naar mijn hostel met 10 vrienden: een Ier, een Brit, een Belg, 2 Nederlanders, een Amerikaan, een Spanjaard, 3 Duitsers en iemand zonder nationaliteit. We gingen eerst ergens wat eten en daarnastappen. Het eten was helemaal geweldig. We bestelden schotel na schotel, Kung Pao, Soyarijst, Pittige kip, Gekruide groentenschotels, Kippenvleugels op stok enz enz. Na het eten haalden we mijn reismaten op en gingen we naar ‘San Li Tun', hèt uitgaansgebied van Bei Jing. We kwamen in het barretje Smugglers terecht, waar de shotjes ons om de oren kwamen gevlogen. Dansen op tafel was niets raars. Iets later stonden we in Red Club, waar wij als Westerse jongens veel aanzien kregen. Vanaf hier weten we er alledrie weinig meer van. Tussendoor hebben we ergens ook nog een wild bloedgevecht gezien tussen 2 meiden. Ik weet nog dat we naar een club gingen, waar we zeker 16 trappen omhoog hebben gelopen. Op elke verdieping was er feest, de een nog gekker dan de ander. Uiteindelijk kwamen we via een brandtrap op een rooftopfeest uit waar onder andere Nirvana werd gedraaid.. Heel vet!

Helaas kwamen we er de volgende ochtend pas achter hoe leuk het was. Na 2 uur slaap moesten we om 07.30 mee met een busje naar de Chinese Muur. Onze kater was niet te overzien. We hebben zo'n 3 uur gelopen en geklommen, aangezien het pad niet altijd even begaanbaar was. Tijdens het wandelen kwamen we een ongelukkig meisje tegen op een brancard. Ze had haar been gebroken. Het stak er aan alle kanten uit. Goede motivatie om het tempo te verhogen. Bepakt met bananen en snickers haalden we het tot ons eindpunt, waarna we met onze brakke kop weer terug werden gebracht naar het hostel.

We hebben een andere dag nog originele Pekingeend op Bei Jinger wijze gegeten, een vereiste als je in Bei Jing verblijft. Hierna hebben we de Verboden Stad bezocht, wat een grote toeristische attractie bleek te zijn. We hebben een drukke winkelstraat bezocht en sloegen zomaar een straatje in. Hier kwamen we erachter dat er in China weldegelijk rare fratsen uitgehaald worden. We zagen gedroogde tarantula's, zeepaardjes, zeesterren, torren, larven en levende schorpioenen per 4 op een stok. Ik kon de verleiding niet weerstaan om de schorpioen te laten liggen. Nadatze een duik in een pan met olie namen, kreeg ik het stokje in de hand geduwd. Ik kreeg Bob, Lejo en Sjors zover om er ook 1 te proeven. Samen genoten we van de harde schaal en ingewanden van de nepkreeft. Gheh!

We zijn trouwens ook nog ergens gaan eten waar we een vrouwelijke, niet goed Engels sprekende gastvrouw kregen. Nadat we onze bestelling hadden geplaatst vroeg ik om ‘Hot Water', en Lejo verstevigde het met ‘Yeah, Hot Water'. Het enige wat de gastvrouw zei was ‘Thank you', en ze liep rood aan. We hebben de kan water nooit gekregen.. Snaptee...

Bob's verjaardag vond, 24 jaar nadat hij in Nederland geboren was, plaats in Bei Jing. Dit werd gevierd door een etentje met 14 personen bij een Russisch restaurant. Aldaar was een van zijn kameraden zo dronken dat hij op tafel in slaap viel. Toen we hem wakker maakte om te betalen kotste hij de 2 pullen bier die hij eerder leeg had gedronken, weer helemaal tot de nok toe vol. Na 4 flessen vodka bevonden we ons weer naar het beruchte San Li Tun om te feesten. Het was al snel voorbij met de pret toen we er achter kwamen dat de rooftoptent gesloten was. De groep vertrok naar een park, waar ze voor weinig geld vrouwen uit de kleren konden zien gaan. Lejo, Sjors en ik liepen nog even de barstraat door, maar eind van de straat om de hoek brak mijn 200 karaats peperkoeken hartje. Een meisje werd door 4 anderen tegen de grond gewerkt en duchtig meerdere malen in het gezicht getrapt. Ik werd wild en trok ze uit elkaar. Nadat ze allen gekalmeerd waren liepen we weg en gebeurde het opnieuw. Ik werd nog wilder en Lejo en Sjors hielden me tegen. Het was afschuwelijk om te zien, maarja, als buitenlander mag je je nergens mee bemoeien.

We waren inmiddels 6 dagen in Bei Jing. We hadden de gekte hier wel een beetje gezien en besloten ons visum voor Viëtnam eerder in te laten gaan en een vlucht te boeken. Na een hoop gesodemieter op de Viëtnamese ambassade waren we nog niet veel verder. Het bleek onmogelijk te zijn, we moesten een nieuw visum aanvragen op internet. Dit deden we, maar het duurde 3 werkdagen. Na 3 werkdagen bleek dat de betaling niet goed was gelopen, en de vlucht die eigenlijk 70 Euro zou kosten, was nu 240 Euro geworden.

We besloten, nadat we uiteindelijk toch een vervroegd visum hadden ontvangen, op goed geluk naar Bei Jing Airport te gaan om een last minute te scoren. Ook moesten we onze Mongoolse centen nog omwisselen voor Chinees of Viëtnamese currency, maar nergens in heel China nemen ze deze valuta aan. Om 22.00u kwamen we erachter dat de eerstvolgende vlucht naar Hanoi om 17.00u ging. Er kwam een leuke uitdaging op ons pad. Het vliegveld als huis gebruiken. Na een lekkere borrel, beetje rondrennen en een kaartspel besloten we de beste slaapplekken ooit te regelen, maar alle bankjes waren bezet. Uiteindelijk sliepen we ieder op een 3-persoonsbank met leuningen tussen elke stoel. Ik heb niet meer dan 2 uur kunnen slapen.

's Morgens besloten we naar de incheckbalie voor Mongolië te gaan. Hier konden we met succes onze 439.000 Mongoolse Kroepoekskes aan Westerse reizigers verkopen. Van dit geld betaalden we ons hostel voor nog 4 dagen. Op internet vonden we een vlucht voor een zure 178 Euro naar Hanoi, op 3 oktober 2010.

Ik zal eens kijken of ik wat leuke foto's kan vinden. Hou het blogje in de gaten, want ik voeg ze rustig stuk voor stuk toe. Bedankt voor het lezen van dit verhaal. Iedere reactie wordt ontvangen met een grote lach op mijn gezicht! Vrienden, stiekem mis ik jullie wel hoor :P

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Tiara Tours